Door de takken van de bomen door ving Eleanor al een glimp op van de rivier. De sterren schenen op het water, wat glinsterde als nooit te voren. Eleanor ging over in looppas en schoof wat takken aan de kant, zodat ze uiteindelijk naast de rivier stond. 'Dit is het.' zei ze tegen Sebastien. 'Is het niet mooi?' zei ze. Haar ogen glinsterden van geluk, dit was echt de mooiste plek op aarde. Opnieuw schopte ze haar slippers uit en gooide haar tas aan de kant, waarna ze op een van de stenen sprong, over op de andere, daarna nog een, tot ze aan de over kant was. Daar ging ze in het gras zitten en keek naar Sebastien.